Sommige schuldeisers hebben bijzondere bevoegdheden. Ze mogen bijvoorbeeld bedragen rechtstreeks van de bankrekening van uw medewerker afschrijven of hogere incassokosten berekenen. Deze bijzondere incassomogelijkheden kunnen tot extra stress leiden en het betekent vaak dat de medewerker het ene gat met het andere moet dichten, omdat die vordering dan weliswaar voldaan wordt, maar er tegelijkertijd elders een nieuwe schuld ontstaat.
Onderscheid tussen niet kunnen of niet willen betalen
Steeds vaker maken de onderstaande organisaties onderscheid tussen mensen die niet kunnen en mensen die niet willen betalen. Veel werknemers weten dit niet. Mogelijk kunt u hen aanmoedigen om contact op te nemen met de verschillende schuldeisers.
Overzicht bijzondere schuldeisers:
Overheidsinstanties als de Belastingdienst, gemeenten en waterschappen
Deze instanties kunnen een zogenaamde overheidsvordering inzetten bij schulden tot maximaal €1.000. Per overheidsvordering innen ze maximaal € 500 per keer. Een vordering van €1.000 wordt geknipt in twee bedragen van €500. Dat bedrag schrijven ze in 3 keer af van de bankrekening. Per keer wordt dan €166 geïnd.
Rood staan
Innen mag ook als de medewerker daardoor rood staat op zijn betaalrekening. Dat kan betekenen dat hij daardoor de huur of de energie niet kan betalen.
Zorgverzekeraars en het CAK
Heeft uw medewerker 6 maanden geen zorgpremie betaald? Dan kan het CAK u vragen om de zorgpremie (opgehoogd met een opslag) in te houden op het loon van uw medewerker. U bent verplicht om hieraan mee te werken.
Inhouding stopzetten
Uw medewerker kan de inhouding van de zorgpremie door het CAK stopzetten door:
- Zelf een betalingsregeling te treffen met de zorgverzekeraar. Dan wordt de aanmelding van uw medewerker bij het CAK opgeschort tot het hele openstaande bedrag betaald is. Daarna wordt uw medewerker afgemeld bij het CAK.
- Hulp te zoeken bij de schuldhulpverlening. Daarna zal op een zeker moment de inhouding niet meer via CAK lopen.
Het CJIB
Wie bijvoorbeeld te hard, onverzekerd of door rood rijdt, ontvangt van het CJIB een acceptgiro met een boetebedrag. Normaal gesproken betaalt uw medewerker de boete, eventueel na een herinnering met een verhoging, en neemt hij contact op met het CJIB als hij niet kan betalen.
CJIB kan ook zelf bedragen afschrijven van de bankrekening
Als uw medewerker ook na de tweede verhoging de boete niet betaalt, kan het CJIB het bedrag verhalen op het loon, het pensioen of de bankrekening van de schuldenaar. In de praktijk kiest het CJIB meestal voor het laten afschrijven van de bankrekening. Het gaat om een bedrag van maximaal € 500. Komt uw medewerker door de afschrijving in financiële problemen? Dan kan hij dat online bij het CJIB melden.
Gijzeling van een week bij vermoeden van onwil
Het CJIB kan de rechtbank vragen om uw medewerker een week te gijzelen als uw medewerker de boete niet betaalt en er sprake is van een vermoeden van onwil. Uw medewerker zit dan een week in de gevangenis. Dit is wel te voorkomen maar dan moet uw medewerker snel reageren:
- Moet uw medewerker nog naar de rechtbank? Dan moet hij daar met papieren aantonen dat hij niet kan betalen. Lukt dat? Dan gaat de gijzeling niet door.
- Als de zitting al geweest is, loopt uw medewerker grote risico’s. De politie kan dan zomaar voor de deur staan om uw medewerker mee te nemen. De gijzeling gaat niet door als een professional aantoont dat uw medewerker niet kan betalen.
Beslag op de bankrekening
Schuldeisers kunnen een deurwaarder beslag laten leggen op de bankrekening van uw medewerker. Zo’n beslag heeft een enorme impact op uw medewerker. De bank maakt dan het geld dat op het moment van de beslaglegging op de bankrekening staat over naar de deurwaarder. Vervolgens kan uw medewerker vaak enkele weken zijn bankrekening niet gebruiken. Gevolg is dat de medewerker dan geen vaste lasten kan betalen en geen geld heeft voor boodschappen.
Hulp
Een schuldeiser kan alleen beslagleggen na een gerechtelijk bevel. Uw medewerker kan in deze situatie de hulp gebruiken van een advocaat of een gespecialiseerde jurist of schuldhulpverlener/bewindvoerder.